Een goede persoonlijke hygiëne draagt bij aan infectiepreventie.
Bij elk contact met de overledene (aanraken) en contact met de directe omgeving van de overledene (zoals het bed) heeft overdracht plaats van (schadelijke) micro-organismen.
Door de instructies persoonlijke hygiëne op te volgen wordt het risico op besmetting verkleint.
Ook wordt op deze manier kruisbesmetting geminimaliseerd. U wilt immers geen andere patiënten besmetten of (schadelijke) micro-organismen afkomstig van de overledene naar uw thuissituatie verplaatsen via uw handen of kleding!
Nagels zijn kortgeknipt en schoon.
Het haar is schoon.
Lang haar wordt opgestoken of bijeengebonden gedragen.
Baarden en snorren zijn goed verzorgd en kort geknipt.
Tijdens de werkzaamheden worden geen ringen, armbanden of polshorloges gedragen. De huid op de plaats van sieraden kan namelijk nooit voldoende schoongemaakt worden waardoor micro–organismen onder de sieraden aanwezig blijven (dit is een oorzaak van kruisbesmetting).
Ook een piercing die hinderlijk is of een besmettingsbron kan zijn bij de verzorging van een overledene dient te worden verwijderd.
Schoenen moeten van materiaal zijn dat goed schoon te maken is.
Bij zichtbare verontreiniging moeten schoenen worden schoongemaakt.
Afhankelijk van de situatie is het soms verstandig plastic hoesjes over de schoenen te dragen die na de werkzaamheden weggegooid kunnen worden.
Werkkleding heeft korte mouwen, zodat een goede handhygiëne mogelijk is.
Werkkleding wordt iedere dag verschoond, maar ook direct vervangen wanneer het zichtbaar verontreinigd is.
Als eigen kleding wordt gedragen moet werkkleding de eigen kleding bedekken (overjas bijvoorbeeld).
Werkkleding moet na de werkzaamheden in de werkruimte uitgetrokken worden en in een waszak gedaan worden.
In sommige situaties is het nodig een niet vochtdoorlatend overschort te gebruiken. Ook deze dient men in de ‘werkruimte’ uit te trekken en in de waszak te deponeren.
In geval van een plastic overschort dient men deze in een vuilniszak te deponeren.
Voor het uittrekken van handschoenen, werkkleding en niet vocht doorlatende kleding zoals een plastic overschort zie het item: Uitkleedprotocol.
In ruimten waar wordt gewerkt met overledenen en lichaamsmateriaal, wordt niet gegeten, gedronken of gerookt.
Een belangrijk onderdeel van persoonlijke hygiëne is handhygiëne.
Voor informatie over handhygiëne zie het item: Protocol handhygiëne
|