Bij overledenenzorg zijn er verschillende technieken om de mond van een overledene te sluiten.
De sluittechniek van de mond is afhankelijk van:
Voor het sluiten van de mond heeft mondinspectie en eventuele mondzorg plaats. Zie hiervoor het item “Mondzorg bij een overledene”.
Alvorens over te gaan op technisch-invasieve methoden dient eerst te worden gekeken of reguliere methoden mogelijk zijn.
Vaak is het hoger leggen van het hoofd van de overledene, het naar voren kantelen van het hoofd van de overledene of het plaatsen van een opgerolde handdoek onder het achterhoofd van de overledene voldoende om de mond te doen sluiten.
Mocht hierdoor de mond niet naar wens sluiten, dan kan eventueel een kinsteun of kinbeugel een optie zijn!
Er zijn verschillende redenen om gebruik te maken hechtentechnieken om de mond te sluiten:
Ethische gedachten over het sluiten van de mond door hechttechnieken zijn wisselend, zowel in de samenleving, bij nabestaanden als bij medewerkers in de overledenenzorg.
Op deze website onthouden wij ons van ethische discussies en geven slechts informatie over de handelwijze met betrekking tot de toepassing van invasieve mondsluit-technieken!
Het sluiten van de mond door middel van invasieve mondsluit-technieken betreft geen voorbehouden handeling.
Doorgaans worden invasieve mondsluit-technieken uitgevoerd door overledenenverzorgers, mortuariumbeheerders en uitvaartondernemers.
Van belang is dat de medewerker bekwaam is om deze handeling uit te voeren.
In geval van een goede toepassing is tijdens opbaring niet te zien dat gebruik is gemaakt van deze technische handeling om de mond te sluiten.
Verpleging in zorginstellingen zal niet-invasieve technieken toepassen om de mond van een overledene te sluiten.
Bij mortuariumbeheer in zorginstellingen en uitvaartdienstverleners wisselt het gebruik van hechten als mondsluit-techniek. Zo zullen sommige dienstverleners zelden hechttechnieken toepassen om de mond te sluiten waarbij anderen bijna structureel hechttechnieken toepassen om de mond te sluiten.
Ook ziet men in de praktijk dat door uitvaartdienstverleners preventief de mond wordt gesloten door middel van hechttechnieken om zo te voorkomen dat de mond na het verdwijnen van de rigor mortis openvalt.
In de meeste situaties zullen nabestaanden niet op de hoogte zijn dat hechten als mondsluit-techniek is toegepast. Dit is doorgaans ook niet aan de overledene te zien.
Als nabestaanden deelnemen aan de laatste zorg zal veelal de optie worden besproken om de mond te sluiten door middel van hechttechnieken en om toestemming worden gevraagd. In dit geval is het verstandig dat nabestaanden niet geconfronteerd worden met de handeling van de mondsluit-techniek.
De naam “hechten van de mond”, eventuele uitleg of het doornemen van de instructie kan behoorlijk heftig overkomen. Het is goed om te weten dat deze handeling een kleine oppervlakkige handeling betreft. Een professional die bekwaam is om deze handeling uit te voeren verricht deze handeling in ongeveer 1 minuut.
Als de techniek van het sluiten van de mond door middel van hechten niet goed wordt toegepast ziet men dat na verloop van tijd de neus van de overledene scheef gaat staan.
Dit betreft alleen de methode waarbij over de bovenkaak wordt gehecht (methode 1).
Het scheef staan van de neus is waar te nemen door aan het voeteinde van de overledene te gaan staan en naar het gezicht van de overledene te kijken.
Een verkeerd toegepaste hechttechniek is doorgaans door een professional goed te herstellen.
Voor het uitvoeren van deze handeling trekt u handschoenen aan ter persoonlijke bescherming.
Na het uitvoeren van deze handeling past u handhygiëne toe.
Er zijn 2 methoden om de mond te sluiten door middel van hechttechnieken.
Bij de methode zoals staat beschreven onder methode 1 wordt gehecht door het neustussenschot over de bovenkaak. Deze methode geniet vanwege de stevigheid van de plaatsing van de hechting de voorkeur boven de hechtmethode zoals staat beschreven onder methode 2 waarbij alleen door de weke delen wordt gehecht.
Naast de benoemde hechtmethoden bestaat er ook de hechtmethode waarbij over de neusbrug wordt gehecht zoals in de methoden 1 en 2 staan beschreven, waarbij de onderkaak wordt gelift door het hechtdraad via de mond door het zachte weefsel achter de kin door de huid naar buiten en terug naar binnen te voeren. Er is hierbij sprake van een externe hechting (door de huid).
Deze methode wordt afgeraden omdat door deze handelwijze een onnodige huiddefect wordt veroorzaakt.
Tijdens deze hechttechniek blijft u steeds zo dicht mogelijk bij de vaste botdelen.
Bij draaibewegingen kunt u de S-naald gewoon het werk laten doen. U hoeft zelf niet actief mee te draaien.
Op het moment dat u te hoog door het neustussenschot hecht, gaat de neus scheef staan. Het scheef trekken van de neus kan dan ook op een later moment gebeuren.
Het scheeftrekken van de neus betekent dat u niet goed hebt gehecht.
Een “mildere” hechttechniek waarbij niet door het neustussenschot wordt gehecht maar een hechting wordt geplaatst door het zachte weefsel is als volgt...
Bij het te strak aantrekken van de hechting ontstaat bij deze techniek een "tuitmondje". Op dat moment heeft u de hechting te strak aangetrokken.
Ook is het gevaar bij strak aantrekken dat de hechting het weefsel losscheurt.