Auteur: Marc Wiegman
Deelprotocollen

Thanatopraxie / balsemen (embalming)

Een manier voor conservering van een overledene is balsemen / thanatopraxie (Engels: embalming).
De Nederlandse wet staat toe dat kortdurende balseming "thanatopraxie" in Nederland mag plaatsvinden (Artikel 71, 4).

Doel Embalming

Het doel van embalming (thanatopraxie / balsemen) is om ontbindingsprocessen bij een overledene te stoppen / vertragen

Balsemen met het doel om het lichaam van een overledene voor lange tijd te conserveren is in Nederland niet toegestaan, met 3 uitzonderingen:

  • Balsemen van overledenen die naar het buitenland worden uitgevoerd is toegestaan;
  • De Nederlandse wet staat toe dat leden van het koninklijke huis gebalsemd mogen worden indien zij dit wensen. De wet waarin balsemen voor lange duur wordt verboden geldt namelijk niet voor leden van het koninklijke huis.
    In de Wet op de lijkbezorging staat in Artikel 87, 1 en 2:
    • Deze wet is niet van toepassing op de lijkbezorging van leden van het Koninklijk Huis.
    • Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan ten aanzien van andere bloed- en aanverwanten van de Koning ontheffing verlenen van bepalingen van deze wet.
  • Indien het lijk tot ontleding is bestemd (alleen onder het toezicht van een arts)

Vormen van Balsemen

    Thanatopraxie

    Is een toepassing waarbij sprake is van tijdelijke conservering van de overledene.
    De conserveringsperiode betreft ongeveer 10 tot 15 dagen.
    In Nederland is deze vorm van balsemen toegestaan.
    Nederlandse uitvaartdienstverleners bieden deze mogelijkheid tot conserveren.
    In de wet staat:

      "...kan een lijk worden onderworpen aan een conserverende bewerking die ten hoogste tien dagen effect heeft."

    Balsemen

    Is een toepassing waarbij sprake is van een langdurige conservering van de overledene.
    Dergelijke langdurige mogelijkheid tot conserveren van een overledene is door de Nederlandse wet binnen de reguliere overledenenzorg verboden.

Bij zowel thanatopraxie als balsemen wordt middels een dialyseprocédé een conserverende vloeistof via de bloedbaan van de overledene tot op cellulair niveau gebracht.

Overledenenzorg

In geval van zowel thanatopraxie als balsemen kan de overledene de reguliere overledenenzorg worden gegeven.

Thanatopraxie / balsemen kort na het overlijden

Als kort na het overlijden thanatopraxie of balseming wordt toegepast dient men voor de behandeling de overledene niet te kleden maar alleen te voorzien van incontinentiemateriaal.

Na deze zorg kan de overledene gekoeld worden in een koeling of op een koelsysteem tot aanvang thanatopraxie / balsemen..
De overledene dient dan afgedekt te worden met een katoenen laken.

Als een langere periode zit tussen het overlijden en thanatopraxie / balsemen

In dit geval kan de gehele laatste zorg plaatsvinden inclusief het kleden van de overledene.
Na de overledenenzorg kan de overledene gekoeld worden in een koeling of op een koelsysteem tot aanvang thanatopraxie / balsemen.

Doel thanatopraxie / balsemen

Het uiteindelijke doel van thanatopraxie / balsemen is om de overledene te conserveren (en op te baren) zonder dat gebruik wordt gemaakt van een koelsysteem.
Nabestaanden worden bij goed toegepaste embalming niet geconfronteerd met ontbindingsprocessen van het lichaam na overlijden.

Doel balsemen

Het doel van balsemen van een overledene ter conservering voor een langere tijd in geval van uitvoer van een overledene naar het buitenland is:

  • Dat ontbindingsprocessen tijdens transport achterwege blijven;
  • Dat na een lange reis met wisselende temperaturen (zoals bijvoorbeeld tropisch klimaat) opbaring mogelijk blijft.

Ter informatie

Het begrip, de kwaliteit en de toepassing van balsemen wisselt per land.
In de praktijk ervaart men soms dat een overledene vanuit het buitenland in een bad met formaline ons land binnenkomt.
In dit geval kan het voorkomen dat een opbaring niet wenselijk / mogelijk is!


Protocol overledenenzorg / afleggen / laatste zorg overledene

  1. Inleiding
  1. Veiligheid medewerker(s) bij overledenenzorg
  1. Het doel van de laatste zorg
  1. Mogelijkheden en beperkingen bij overledenenzorg
  1. De uitvaartondernemer
  1. Cultuur en religie bij verzorging overledene
  1. Wanneer mag worden begonnen met de laatste zorg?
  1. Handelingen tussen moment van overlijden en laatste zorg
  1. De nabestaanden (de opdrachtgever) - overledenenzorg / uitvaartzorg
  1. Nabestaanden helpen mee met de laatste zorg
  1. Hygiëne tijdens overledenenzorg
  1. Koelen ter conservering overledene
  1. Wat is nodig bij de laatste zorg?
  1. Advies omtrent laatste zorg overledene
  1. Ontkleden overledene
  1. Wassen overledene
  1. Aandoen van incontinentiemateriaal bij een overledene
  1. Scheren overledene
  1. Neusverzorging overledene
  1. Mondzorg bij een overledene
  1. Overledene en gebitsprothese
  1. Haarverzorging overledene
  1. Nagelverzorging overledene
  1. Wondverzorging en restauratie overledene
  1. Het aankleden van een overledene
  1. Overledene en panty’s, nylon kousen en schoenen
  1. Verzorging lippen overledene
  1. Make-up overledene
  1. Sieraden overledene
  1. Overledene en camoufleren van huidverkleuringen, huidoneffenheden en huiddefecten
  1. Laatste handelingen en opbaren overledene
  1. Sluiten mond overledene
  1. Overledene en lekken uit de mond
  1. Sluiten ogen overledene
  1. Geurvorming overledene
  1. Identificatie overledene
  1. Thanatopraxie / balsemen (embalming)
  1. Overledene en drains, katheters, infuus, ap stoma, up stoma, tracheastoma en maagsonde
  1. Overledene en medische toepassing met batterij (oa. pacemaker)
  1. Obductie / sectie / inwendige lijkschouw
  1. Overledenenzorg bij donatie
  1. Ter beschikking stelling van de wetenschap
  1. De Hersenbank
  1. Overdracht van kleding van de overledene aan de nabestaanden
  1. Belangrijke wetenswaardigheden voor nabestaanden
  1. Overdracht tussen de verschillende disciplines

© Copyright 2005 - Wiegman Communications www.uitvaart-adresgids.nl / www.overledenenzorgpro.nl